En terwijl ik rook vormt de rook jouw figuur en in het aroma van de tabak bespeur ik uit de verte jouw parfum dat verhaalt van jouw vergetelheid en mijn waanzin.
Liefdesverdriet gesmoord in tabak, dat is de strekking van dit lied. In 1944, toen dit lied geschreven werd, rookte iedereen nog, en zéker alle minnaars en beminden. In de tekst roept de sigaretterook de verre, onbereikbare geliefde op. De ijle rookvormen doen de tekstdichter denken aan de vorm van zijn lief, de geur van de rook roept uit de verte haar parfum op. Het maakt haar tegelijkertijd dichtbij en veraf.
Dit lied is gebaseerd op de daadwerkelijke liefdesgeschiedenis tussen tekstdichter José María Contursi en de knappe Susana Gricel Viganó. Ze ontmoetten elkaar in Buenos Aires. Gricel woonde op dat moment in Córdoba. Ze vergezelde de zussen Gori en Nelly Omar – vriendinnen uit hun woonplaats Guaminí – naar een optreden van Nelly die zangeres was. Contursi, bijnaam Katunga, was een woest aantrekkelijke radiopresentator, zij een blondine met mooie trekken. Gricel’s veertien jonge jaren weerhielden haar er niet van om verliefd te worden op de 23-jarige Contursi. Dit alles gebeurde in het jaar 1934.
Vanwege de fysieke afstand tussen beiden en vanwege de persoonlijke omstandigheden van Katunga (hij was getrouwd en had een kind) was hun liefde onmogelijk. In 1942 schreef Contursi de tango Gricel die met de stem van Francisco Fiorentino door Aníbal Troilo werd opgenomen. Het succes daarvan was het begin van een reeks prachtige tangos die Contusi baseerde op de onmogelijke liefde op zijn verre geliefde: Verdemar, La noche que te fuiste, Sin lágrimas, Quiero verte una vez más, Cosas olvidados, Tu piel de jazmin, Claveles blanco, Tú, Por calles olvidadas, Cristal, Mi tango triste, Esta noche de copas, Vieja amiga, Y la perdí en ook deze tango Tabaco. Bron: http://tangosalbardo.blogspot.com/2012/09/tabaco.html
Volledige vertaling