Eladia Cordoba y Andres Laza Moreno – Uno

Juli 2024, Hongkong. De onvolprezen Eladia Cordoba en Andres Laza Moreno treden op en interpreteren de tango Uno van Mores en Discepolo. Prachtig gedanst in Villa Urquiza-stijl, rustig en beheerst, mooi samen en mooi in de muziek. De muziek die speelt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem is van Alberto Marino.

Villa Urquiza is woonwijk in Buenos Aires rond Plaza Echeverría, een bruisend plein met een traditionele draaimolen waar in het weekend regelmatig ambachts- en levensmiddelenmarkten worden gehouden. Naar die woonwijk is ook een stijl van Argentijnse tango genoemd.

De Villa Urquiza-stijl houdt grofweg het midden tussen de klassieke tango de salon (half-gesloten) en milonguero (100% close). In het Spaans heet dit Estilo Villa Urquiza. Deze term wordt gebruikt om een ​​tangostijl te beschrijven die in de jaren veertig en vijftig populair was in de wijk Villa Urquiza. Beschrijvingen van de Villa Urquiza-stijl variëren tot op zekere hoogte, maar omvatten over het algemeen de volgende kenmerken: er is een elegantie, soepelheid en precisie bij het lopen die gedeeltelijk wordt bereikt door dicht bij de grond te lopen. Lopen omvat een aanzienlijk deel van de dans. De houding is rechtopstaand. Tijdens het lopen is de omhelzing gesloten, maar kan bij ocho’s en giro’s geopend worden. Het voetenwerk tijdens ocho’s en giro’s kan uitgebreid zijn en kan elementen omvatten als sacadas, arrastres, boleos, dibujo’s en de sandwich. Opvallend afwezig in de Villa Urquiza-stijl zijn gancho’s, volcadas en colgadas.

Twee beroemde milonga’s in Villa Urquiza-wijk waren Sin Rumbo (†2016) en Club Sunderland (†2016). Enkele voorbeelden van de klassieke Villa Urquiza-stijl zijn duidelijk zichtbaar in video’s van demonstraties gegeven door de leraren Jorge Dispari en Maria del Carmen, door de dansers Gerardo Portalea en Susana, El Chino Perico, Carlos Perez en Rosa Forte, Alberto en Ester en Ramon ‘Finito’ Rivera, waarvan veel te vinden via Youtube. Merk op hoe de bewegingen in de klassieke Villa Urquiza-stijl afgemeten zijn en niet gehaast, hetgeen de frasering van de muziek weerspiegelt.

Vertegenwoordigers van de huidige generatie tangodansers zijn: Javier Rodriguez (met Geraldine Rojas, met Andrea Missé), Andres Laza Moreno en Samantha Dispari, Fabian Peralta en Natacha Poberaj, en Sebastian Missé en Andrea Reyero.

Barrio Villa Urquiza heeft een lange geschiedenis van betrokkenheid, ondersteuning en ontwikkeling van de tango. Wat nu Tango Estilo Villa Urquiza heet, was populair in de barrio van Villa Urquiza tijdens de Golden Era van de Tango en werd in Villa Urquiza zeker vertegenwoordigd sinds de Tango-renaissance van de late jaren 1980 en 1990. De karakteristieke stilistische variaties zijn echter niet beperkt gebleven tot deze barrio. Het is interessant dat veel van de genoemde video’s van deze stijl werden opgenomen in de milonga Glorias Argentinas in de wijk Mataderos, aan de zuidwestelijke rand van Buenos Aires, ver weg van Villa Urquiza aan de noordelijke rand. Naast Glorias Argentinas, staan ook andere milonga’s zoals El Pial in Caballito (ook in het zuidwesten van Buenos Aires) en Salon Canning (†2022) in Palermo (net ten noorden van de ‘downtown’ barrios) er historisch om bekend dat ze dansers hadden die een vergelijkbare tangostijl dansten.

Er wordt gezegd dat in de begindagen van de tango elke buurt zijn eigen tangostijl had. Met beperkt vervoer en sociale gewoonten van buurtloyaliteit is dit begrijpelijk. Tot op zekere hoogte waren stijlverschillen te wijten aan sociale klasse en sociale context. In de jaren ’40 en ’50, toen tango respectabeler werd en omarmd werd door de midden- en hogere klasse, werd de gesloten milonguero-stijl (in de jaren ’40 en ’50 soms aangeduid als ‘petitero’, ‘caquero’ of ‘confiteria’-stijl) geassocieerd met de meer anonieme alleengaandenscene in de binnenstad, terwijl de meer rechtopstaande houding en ietwat open Villa Urquiza-stijl meer voorkwam in de clubs van de barrio weg van het centrum waar mensen elkaar kenden.

Echter, in het 21ste eeuwse Buenos Aires, waar de collectivos, de subte, taxi’s en privé-auto’s mensen kunnen vervoeren naar eender welke milonga in eender welke barrio en waar bezoekers uit eender welke barrio (wereldwijd) toegelaten worden in eender welke publiek geadverteerde milonga, is stilistische segregatie door de geografie niet langer een karakteristiek verschil tussen de milongas van Buenos Aires. De ironie van het plakken van een buurtlabel aan een bepaalde stijlvariant van Tango de Salon is dat de klassieke Villa Urquiza-stijl niet eens meer de meest gedanste tangostijl is in de milongas van de barrio Villa Urquiza, zoals te zien is in sommige videoclips van milongas in Sin Rumbo en Club Sunderland. In feite, zelfs wanneer rekening wordt gehouden met de variatie die bestaat in Tango de Salon in de milongas van Buenos Aires vandaag de dag, komt de klassieke Villa Urquiza-stijl maar met een lage frequentie voor, zelfs in milongas van de wijk Villa Urquiza. Dit geldt niet voor de milonguero-stijl, die veel aanhangers heeft, vooral in milongas in het centrum zoals El Beso, Lo de Celia en Club Gricel. Bron (uit 2010): https://tangovoice.wordpress.com/2010/02/25/tango-estilo-villa-urquiza/

Nummer 

Veronica Toumanova & Asya Moiseeva – Cotorrita de la suerte

Juli 2021, Milonga La Gioia, Parijs. Deze video is een weergave van de eerste demonstratie van Veronica Toumanova en Asya Moiseeva in Parijs. Mooi zacht en gevoelig gedanst. De muziek die speelt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem van Alberto Marino.

De van oorsprong Russische Veronica Toumanova kwam in Nederland voor het eerst in aanraking met tango. Toen zij Argentijnse tango zag, zei iets in haar: dit is waar ik al die tijd naar op zoek was. Ze begon met tangodansen in 2000 en heeft zich daarna een aantal jaren intensief beziggehouden met het leren van deze dans. Ze reisde naar evenementen in Europa om workshops te volgen bij Argentijnse maestro’s en reisde af naar Buenos Aires voor intensieve weken vol dagelijkse lessen en ’s nachts non-stop dansen. In 2007 begon ze zelf les te geven en op te treden. Vóórdat ze een fulltime tangoprofessional werd, werkte ze als ontwerper van gebruikersinterfaces, terwijl ze ook veel las en schreef. Als user interface/interaction-designer ontwikkelde ze een interesse in psychologie, cognitieve wetenschappen en het menselijk brein. Haar tweede hoofdinteresse is dus alles wat te maken heeft met de mens, of het nu gaat om hersenen, beweging, emoties of percepties. Een student noemde haar ooit “een professor in de tango”, omdat ze in haar lessen niet alleen uitlegt hoe je een ocho doet, maar ook wat er dan in je hersenen gebeurt en hoe je zenuwstelsel de beweging bestiert. Sinds 2007 woont ze in Parijs waar ze een van de medeoprichters, docent en art director is van Tango Mon Amour. In Parijs geeft ze workshops voor volgers, voor stellen en ze is ook een nieuw initiatief gestart, namelijk speciale leiderschapsworkshops voor vrouwen. Op dit moment werkt ze samen met leider, lerares en TDJ Asya Moiseeva, een in Rusland geboren danseres die ook in Parijs woont. Sinds de zomer van 2021 geven ze samen les en treden ze samen op. Veronica Toumanova is ook een tangoblogger. Ze begon in 2013 met schrijven over tango. Haar essays over tango zijn in achttien talen vertaald en sommige zijn gepubliceerd op verschillende online platforms. Ze heeft tot nu toe twee boeken over tango gepubliceerd. Bron: https://verotango.com/biography/

Juan Amaya y Valentina Garnier – Rosicler

Februari 2022, Milonga Malena in Salón Maribu. Juan Amaya en Valentina Garnier demonstreren hun interpretatie van de tango Rosicler. Prachtig gedanst, heel muzikaal. Juan en Amaya hebben in Buenos Aires meerdere keren in de finale van de Mundial de Tango gestaan. De muziek die speelt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem is van Alberto Marino.

Nummer 

Fernando Carrasco y Maria Ines Bogado “Mi Tango Triste”

December 2019, The Living Milonga, Roma. Fernando Carrasco en Maria Ines Bogado interpreteren “Mi Tango Triste”, een tango van Troilo en Contursi. Zo hartstochtelijk dit lied is, zwaar van liefdesverdriet, zo heftig wordt het ook gedanst. De prachtige muziek is van het orkest van Anibal Troilo, de stem van Alberto Marino.

Nummer 

Sombras nada más

En als een geest bleef ik achter, bevend, het zeeblauw van jouw ogen missend die zich voor mij gesloten hebben, zonder te zien dat ik zo ben…

Alleen maar schaduwen, zo luidt de Nederlandse vertaling van deze tango Sombras nada más. Die schaduwen slaan op het leven van de tekstdichter dat somber en duister is omdat hij de liefde van zijn leven moet missen. Verloren in eenzaamheid, zo moet de dichter verder leven. De tekstdichter beklaagt zich, eenzaam en verdrietig als hij is, dat de geliefde hem niet meer kan zien. Heel even was er licht in zijn leven toen de geliefde verscheen: een vuurvliegje was ze, met zeeblauwe ogen. Wat ertussen gekomen is, wat de breuk veroorzaakt heeft, zegt het lied niet. De tekstdichter “stort zijn bloed uit aan de voeten van de geliefde” om te bewijzen dat hij niet meer kan liefhebben.

De tango Sombras nada más werd in 1940 geschreven door Francisco Lomuto (muziek) en José Maria “Katunga” Contursi (tekst). Het lied is gewijd aan een werkelijk bestaande persoon: Susana Gricel Viganó. Rond 1935/36 — Katunga was 25, zij was 16 jaar oud— ontvlamde tussen hen een heftige liefde. Contursi, die bekend stond als een vrouwenversierder, een Don Juan, koos daarop echter voor zijn huwelijk (hij was getrouwd en had een kind). Maar zijn passie voor Gricel bleek geen eendagsvlieg. Ondanks de verbroken relatie bleef de liefde knagen. De gefnuikte liefde tussen Katunga en Gricel werd een vruchtbare dichtader waaruit vele tango’s zijn ontsproten. In het oeuvre van Contursi zijn, gezien de hartstochtelijke thematiek, zeker een veertigtal tango’s gewijd aan zijn smartelijke liefde voor Gricel, geschreven in de periode 1937-1949. Bron: http://tangosalbardo.blogspot.com/2020/10/los-tangos-que-le-debemos-gricel.html

Volledige vertaling

Garras

Ik heb het gevoel dat mijn leven wegglijdt… en jij huilt niet om mij. Ik zoek troosteloos naar jouw warmte en je bent er niet.

Heftig lied, dit Garras. Het onderwerp is liefdesverdriet, meer in het bijzonder de onbereikbaarheid van de geliefde die niet thuis geeft. De titel, Garras, betekent “klauwen”. De klauwen slaan op het verdriet van de tekstdichter, op zijn smarten die als klauwen vastgrijpen in zijn ziel, die zijn hart verscheuren. In het lied is er sprake van een ontmoeting, de tekstdichter wacht op zijn geliefde. In het derde couplet is de geliefde blijkbaar gearriveerd, er is sprake van vergiffenis en begrip maar de liefde waar de tekstdichter op hoopt, is onbereikbaar. De tekstdichter blijft achter, eenzaam en huilend.

De tango Garras is onderdeel van een hele sequel, namelijk de werkelijk bestaande love story tussen de tekstdichter van dit lied, José Maria Contursi (1911-1972) en Susana Gricel Viganó (1920-1994), beter bekend als Gricel. Contursi wijdde een hele sesie tango’s aan deze liefde die lang onbereikbaar bleef. Het tweetal ontmoette elkaar voor het eerst bij een radioshow in Buenos Aires. Ze waren toen 24 respectievelijk 15 jaar oud. Twee jaar later, toen Contursi ging kuren in Capilla del Monte, de woonplaats van Gricel in de bergen van de provincie Córdoba, sloeg de vlam in de pan. De liefde ontvlamde. Maar toen puntje bij paaltje kwam koos Contursi voor zijn gezin. Contursi was getrouwd en had kinderen. Daarna zou Gricel ook trouwen en een dochter krijgen. Maar Contursi bleeft naar zijn Gricel verlangen en er ontstond een hele reeks van aan haar gewijde tango’s. Eentje daarvan, Gricel (1942), droeg zelfs als titel haar naam, waarmee de liefdegeschiedenis openbaar werd. Nog weer veel later, in 1962, ontmoetten ze elkaar weer. Contursi was 51 jaar oud en weduwnaar, Gricel 42 en gescheiden. Daarna bleven ze elkaar zien. Er ontstond een relatie. In 1967 trouwden ze waarna, tot aan de dood van Contursi, nog vier gelukkige huwelijksjaren volgden. Bron: https://www.todotango.com/english/history/chronicle/113/Gricel/

Volledige vertaling
Nummer 

Noelia Hurtado y Carlos Espinoza – Garras

Deze video is gepost in 2022, maar de opname dateert van veel eerder, ik schat zo rond 2012. Het is dus een repost, het origineel is onvindbaar. De locatie is ergens in Italië. In deze video geven de maestros Noelia Hurtado en Carlitos Espinoza hun interpretatie van de tango Garras. Werkelijk prachtig gedanst, ontspannen en natuurlijk en prachtig in de muziek en de stemming van het lied. De muziek die speelt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem van Alberto Marino.

Nummer 

Fausto Carpino & Stephanie Fesneau – Me quede mirandola

Juni 2015, L’Aquila Tango Festival & Marathon, Italië. Het danspaar Fausto Carpino en Stephanie Fesneau interpreteert de tango Me quedé mirandola. Prachtig gedanst: de walsjes van Fausto en Stephanie vind ik geweldig, maar ook deze tángo wordt fenomenaal gedanst. De muziek die speelt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem is van Alberto Marino.

Fernando Sanchez y Ariadna Naveira – Siga el Corso

Oktober 2009, Milonga Parakultural in Salon Canning, Buenos Aires. De nog jonge Fernando Sanchez en Ariadna Naveira dansen de tango “Siga el Corso”. Prachtig gedanst en Fernando en Ariadna dansen zowaar ook nog even een stukje close. Ariadna is de dochter van tangodans-vernieuwer Gustavo Naveira en de zus van Federico Naveira, ook een tangodanser. De muziek die klinkt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem is van Alberto Marino.

Nummer 

Noelia Hurtado & Carlitos Espinoza – Tal Vez Sera Su Voz

Dit is een opname van een optreden van Noelia Hurtado en Carlitos Espinoza op het Siempre Tangofestival Karlsruhe, 9 juni 2019. Ze dansen, prachtig rustig, ontspannen en beheerst, de tango Tal vez será tu voz oftewel Tal vez será mi alcohol. Aan het eind zijn er emoties en dat is omdat Noelia en Carlitos in het voorjaar 2019 besloten om hun samenwerking stop te zetten. De reden daarvan was naar eigen zeggen puur artistiek. Dit is dus één van hun laatste optredens, in ieder geval in Karlsruhe, want in de junimaand van 2019 gaven ze op een paar andere plekken nog workshops. De muziek die klinkt is van het orkest van Anibal Troilo. de stem van Alberto Marino.

Julio Balmaceda y Corina de la Rosa – Palomita Blanca

Julio Balmaceda en Corina de la Rosa zijn geweldige dansers, zeker als het de tangowals betreft. Een student van hen, tangodocent en -danser Mariana Galassi organiseerde in de Stepping Out Dance Studios, New York City op vrijdag 20 juli 2012 de Gran Milonga Zarasa. Aldaar danste dit tweetal de wals “Palomita Blanca”. Prachtig, dynamisch en mooi rondgaand. De muziek die klinkt is van het orkest van Aníbal Troilo, de zangers zijn Alberto Marino en Floreal Ruiz.

Nummer 

Lucas di Giorgio e Cynthia Fattori – Fuimos

Hoe te dansen op de muziek van de verschillende orkesten, dat is de vraag. Van de vier grote orkesten, D’Arienzo, Di Sarli, Troilo en Pugliese, is die van Pugliese misschien het meest uitdagend om op te dansen. Van de overige drie hebben D’Arienzo en Di Sarli elk een duidelijk geluid. De muziek van Troilo is daarentegen heel gelaagd: ritmisch, melodieus en geschakeerd met emoties als een dag met afwisselend donkere wolken, opklaringen en af en toe de zon die doorbreekt. Hoe moet je daar nu op dansen? De afgebeelde video is wat mij betreft geslaagd. De Italianen Lucas di Giorgio en Cynthia Fattori dansen de tango Fuimos. Zo muzikaal als zij op de muziek vanTroilo dansen, heb ik maar weinig gezien. Prachtig. Plaats en tijd: Circolo Gardel, Modena, mei 2019. De muziek die klinkt is uiteraard van het orkest van Anibal Troilo, de stem is van Alberto Marino.

Nummer 

Noelia Hurtado y Carlitos Espinoza – Cristal

Poetry in motion, dat is wellicht de beste beschrijving van hoe Noelia Hurtado en Carlitos Espinoza hier dansen. Bijna elke nuance in de muziek wordt in hun dans geïnterpreteerd. Prachtig. De tango waarop ze hier dansen, is de tango Cristal van Mores en Contursi. Deze demonstratie vond plaats tijdens het Mediterranean Summer Tango Festival in Poreč, Kroatie, 2013. De muziek die klinkt is van het orkest van Anibal Troilo, de stem is van Alberto Marino.

Nummer 

Desencanto

Het leven misgunde mij de vooruitzichten die mijn moeder mij in de wieg toezong.

Op de dansvloer is dit één van de verdrietigste tango’s die er bestaan. De muziek van “Desencanto” is een mix van weemoed, duister verdriet en knagende pijn. De liedtekst is daarmee volledig in lijn. De tekst gaat over kinderdromen en hoe die door het leven gefnuikt worden. Prachtig is de regel over de moeder die het kind in de wieg bedriegt door de zonnige vooruitzichten die ze haar kind toezingt, en die hem, veel later dus en buiten haar schuld, door het leven niet gegund worden. Uiteindelijk blijkt er, heel subtiel, ook liefdesverdriet in het spel: er is sprake van een liefdespartner die bedrog pleegt. Het lied eindigt met de tekstzanger als zombie: hij voelt niet, hij luistert niet, ook niet naar zijn hart.

Niet toevallig zijn muziek en tekst van deze tango van één en dezelfde persoon, de beroemde Enrique Santos Discépolo: tekstschrijver, componist, acteur, toneelschrijver en filmregisseur (1901-1951). Zijn bijnaam was Discepolín. Zijn doorbraak kwam in 1928 met de tango Esta noche me emborracho. In datzelfde jaar ontmoette hij zijn grote liefde en vaste levenspartner, de Spaanse zangeres Tania (Ana Luciano Divis). Discepolín is vooral bekend door zijn ironisch getinte, maatschappijkritische tangos als Cambalache en Gira, Gira, maar hij schreef ook andersoortige tangos: romantische, expressionistische (Soy un arlequin), gepassioneeerde (Canción desesperada) en nostalgische (Carillon de la Merced). Bron: https://en.wikipedia.org/wiki/Enrique_Santos_Disc%C3%A9polo

Volledige vertaling
Nummer 

Canción desesperada

Ik ben een hardnekkige vraag die zijn pijn en jouw verraad van de daken schreeuwt.

De Bob Dylan van de tango, dat is Enrique Santos Discépolo (1901-1951). Prachtige teksten schreef hij en heel divers: romantische, wrede, politieke en sentimentele teksten, steeds met verrassende beeldspraken. Het onderwerp van deze Canción desesperada, een tango uit 1945, is liefdesverdriet. Verrassend is dat de tekst zelf aan het woord is, de tekst bezingt zichzelf: “Ik ben een wanhopig lied,” zo luidt de beginregel. De tekst beklaagt de dichter die in de liefde wreed bedrogen is: “Waarom, vraag ik me af, ja waarom hebben ze mij geleerd lief te hebben, als mijn liefde gedood werd door jou lief te hebben?

Volledige vertaling