3 x La casita de mis viejos

Dit nummer wordt hieronder vertoond in achtereenvolgens muziek, tekst en dans.

MuziekJuan Carlos Cobián
TekstEnrique Cadícamo
Jaar1931
Tango.infohttps://tango.info/T0370076622
El Recodohttps://www.el-recodo.com/music?S=La+casita+de+mis+viejos
Todotangohttps://www.todotango.com/musica/tema/52/La-casita-de-mis-viejos/

La casita de mis viejos

Verslagen keer ik terug naar mijn ouderlijk huis, elk ding is een herinnering dat in mijn geheugen opwelt.

Weemoedig lied van terugkeer en acceptatie, deze tango La casita de mis viejos, oftewel: “Het huisje van mijn ouders”. In de tekst van dit lied keert de grijs geworden tekstdichter terug naar zijn ouderlijk huis dat hij op zijn twintigste heeft verlaten. Wilde jaren heeft hij beleefd, vrouwen, veel vrouwen. In het huis heerst een diepe, wrede en sombere stilte, en ais hij als een vreemdeling daar aanklopt, wordt hij ontvangen door de oude bediende die hem alleen nog maar aan zijn stem herkent. Binnen treft hij zijn oude moedertje die hem met grote, vragende ogen aankijkt. Haar ogen zeggen: “Jongen, waar ben je toch al die tijd gebleven?” De dichter besluit daarop voor altijd bij zijn moedertje te blijven.

De melodie van dit lied is geschreven door Juan Carlos Cobián, een beroemde orkestleider, violist en tangovernieuwer uit de jaren twintig, één die maar zeer zelden in de salon gedraaid wordt omdat er maar weinig muziek van hem beschikbaar is. In 1944 vroeg Cobián Enrique Cadícamo een tekst te schrijven bij de muziek die hij gecomponeerd had en tot zijn grote verbazing trof Cadícamo’s tekst precies de juiste snaar: de tekst ging over dat wat Cobián’s muziek eigenlijk bedoelde te zeggen. Over dit lied is een uitgebreide documentaire gemaakt. Eén van de muziekdeskundigen die daarin aan het woord komt, verwijst naar Cobián’s muzikale uitstapjes naar New York, waar hij behalve tango zich ook aan de jazz waagde, maar zonder het gewenste succes. Gedesillusioneerd keerde Cobián terug en in de tekst van La casita de mis viejos kun je volgens hem die desillusie beluisteren. Zie: https://www.youtube.com/watch?v=cWofPm7p0ds

Volledige vertaling

3 x Niebla del Riachuelo

Dit nummer wordt hieronder vertoond in achtereenvolgens muziek, tekst en dans.

MuziekJuan Carlos Cobián
TekstEnrique Cadícamo
Jaar1937
Tango.infohttps://tango.info/T0370020691
El Recodohttps://www.el-recodo.com/music?S=Niebla+del+Riachuelo
Todotangohttps://www.todotango.com/musica/tema/54/Niebla-del-Riachuelo/

Garúa

Zelfs de lucht begint te huilen.

In de tekst van de tango Garúa regent het; Garúa is Spaans voor motregen. Het motregent buiten op straat en binnen ook, binnen in het hart van de tekstdichter. Gebroken is hij, diepverdrietig. De oorzaak: liefdesverdriet. De dichter wil de herinnering aan zijn geliefde het liefst afscheuren, wegsmijten, vergeten, maar dat lukt niet. Het tweede couplet is een tweespraak tussen het hart van de dichter en de motregen. Zijn hart is gebroken, sleept zich voort op de stoep en de gefnuikte liefde heeft een wolkbreuk van kille, koude miezerregen veroorzaakt. Zelfs de lucht begint te huilen en hij, hij lijkt wel een geest, nog steeds op zoek naar haar.

Aníbal Troilo was 29 jaar oud en had, met wisselende tekstdichters, al negen van zijn eigen composities opgenomen, toen hij met zijn orkest de hoofdattractie was van het Tibidabo-cabaret gelegen aan de Corrientes-straat 1244 tussen avenidas Libertad en Talcahuano. Op een avond, tijdens een pauze van het orkest, liet Troilo de in het publiek aanwezige tekstdichter Enrique Cadícamo naar hem toekomen en vroeg hem om naar een tango te luisteren die hij had gecomponeerd, om te zien of hij er tekst aan kon toevoegen. Ze gingen naar de zolder waar de muzikanten zich omkleedden en met bandoneon en geneurie liet hij de melodie horen. Cadícamo noteerde de muziek en toen hij bij zonsopgang naar huis liep, viel er een lichte motregen en op dat moment viel hem de openingszin van de tekst in: “Garúa.. Alleen en verdrietig op het trottoir”. Hij werkte aan de tekst toen hij thuiskwam, sliep, ging verder toen hij opstond, hielp zichzelf met een kleine piano die hij thuis had en keerde die avond met de tekst terug naar Tibidabo. Toen ze weer op zolder met Troilo repeteerden, hoefden ze alleen een wijziging aan te brengen in de laatste acht maten van het tweede deel om de muziek aan de tekst aan te passen. Twee dagen later was Troilo al aan het repeteren met zanger Francisco Fiorentino; het duurde even maar uiteindelijk vonden orkest en zanger een versie die hen tevreden stelde.

Troilo’s orkest nam het nummer op op 4 augustus 1943 met de stem van Fiorentino voor RCA Victor. Twee dagen later nam Pedro Laurenz het op met de stem van Alberto Podestá voor Odeon. Op 6 september nam Mercedes Simone het op voor Victor en op 27 september deed Tania het voor Odeón. Alberto Gómez nam het op in Cuba en Hugo del Carril zong het in de film Los dos rivals (1944). Op 9 januari 1962 nam Troilo Garúa opnieuw op, dit keer met de zang van Roberto Goyeneche en met een andere, meer melodieuze versie. Bron: https://es.wikipedia.org/wiki/Gar%C3%BAa_(tango)

Volledige vertaling
Nummer 

3 x A quien le puede importar

Dit nummer wordt hieronder vertoond in achtereenvolgens muziek, tekst en dans.

MuziekMariano Mores
TekstEnrique Cadícamo
Jaar1945
Tango.infohttps://tango.info/T0370073134
El Recodohttps://www.el-recodo.com/music?lang=nl&S=a+quien+le+puede
Todotangohttps://www.todotango.com/musica/tema/325/A-quien-le-puede-importar/

A pan y agua

Tango, een dierbare herinnering die van ver komt, om met melancholische klank mijn oren te strelen.

De tekst van de tango A pan y agua is impressionisch van aard. De tekst is vooral nostalgisch met een diepe hang naar het verleden: de oude volksbuurt Palermo (een van de barrio’s van Buenos Aires), de woeste dansavonden van weleer, de vrienden, de glazen champagne die klonken. Het zijn herinneringen aan lang vervlogen tijden, in het bijzonder aan één geliefde: zij die tegelijk met de tango verdween. Dus tóch weer liefdesverdriet!

De tekst en de muziek van deze tango zijn niet in dezelfde tijd ontstaan. Juan Carlos Cobián schreef de muziek in 1919 met in gedachten zijn militaire diensttijd, in het bijzonder zijn dagen van straf en opsluiting in de kazerne, vandaar “Op water en brood”. Pas zo’n vijfentwintig jaar later schreef tekstdichter Enrique Cadícamo er een tekst bij. Hij gaf het nummer een poëtische draai en herinnerde zich vooral de vrolijke, feestelijke avonden uit de jaren twintig. Met water en brood heeft de tekst dus weinig meer te maken. Wél hangt er ergens in Buenos Aires in de gevangenis van een kazerne een plaquette dat daar ter plekke de tango “A pan y agua” geschreven is.

Volledige vertaling
Nummer 

Angel Vargas (1942) – Tres esquinas

Prachtig historisch materiaal van de twee engelen van de tango: Angel Vargas zingt Tres esquinas, onder begeleiding van het orkest van Angel D’Agostino, die zelf in beeld komt als pianist. Elegant gespeeld en gezongen, met een prachtige dictie van de zanger. Deze opname is gemaakt in 1942. De ingemonteerde scènes zijn uit de sixties/seventies. Daarin zitten een oudere Angel D’Agostino en Enrique Cadícamo samen aan een tafelje, kijkend naar het orkest waarin D’Agostino op de piano meespeelt met zijn eigen muziek.

Nummer 

Tres esquinas

Oud bastion in de buitenwijken waar de knappe meisjes in schorten bloesemen als Blauwe regen.

De titel van de tango Tres esquinas verwijst naar een plek in de buitenwijken (de ‘arrabal’) rond het centrum van Buenos Aires. Letterlijk betekent dit ‘drie hoeken’. Het is de naam waaronder een gebied van de wijk Barracas bekend stond, tevens de naam van een café op de hoek van Montes de Oca en Osvaldo Cruz Avenue, aan de rand van Barracas. De hoek tegenover het café is nog steeds een park, dus onbebouwd, vandaar de drie hoeken. Het lied is een lofzang op de ‘barrio’, op de eigen buurt: de knappe fabrieksmeisjes, de geur van geraniums, de slapende karren van de kooplieden onder een volle maan, ’s avonds naast de voordeur mate drinken in de schaduw van een wijnstruik. Behalve een lofzang op de barrio is het ook een lofzang op de geboorteplek van de tango, want daar komt de tango volgens dit lied vandaan: uit een gewone buurt, een buitenwijk.

Het nummer Tres esquinas, met zijn gedragen recitatief, was één van de eerste grote hits van de twee engelen van de tango, orkestleider Angel D’Agostino en zanger Angel Vargas. De muziek is van Angel D’Agostino en Alfredo Attadía (bandoneonísta in D’Agostino’s orkest), de tekst is van Enrique Cadícamo. Op de hoek van Montes de Oca en Osvaldo Cruz Avenue zag de tekstdichter Cadícamo het Tres esquinas-café, later Cabo Fels genoemd. Het park er tegenover, de niet-bebouwde esquina, wordt nu overbrugd door een drukke snelweg. Cadícamo liep door de Barracas-buurt, zag de meisjes in schorten die van of naar de vele fabrieken in de buurt gingen (o.a. Noel, Pittaluga, Canale, Bagley, Chocolates Águila, Fabril Financiera, Almacenes de Pescado Santa María) en ook de parkeerterreinen waar de karren en paarden stonden die werden gebruikt om koopwaar rond te brengen, de lage huizen met een voortuin, rozenstruiken, geraniums. ’s Avonds dronk men mate bij de ingang van de chorizo-huizen, in de schaduw van wijnstruiken waaruit druiventrossen werden gehaald. Volgens Cadícamo onthult het lied de menselijke en pittoreske karakteristieken die de buurten van het zuiden van Buenos Aires eigen zijn. Cadícamo woonde zelf in Floresta, maar hij kende de drukte en energie van de volksbuurten. Bron: http://tangosalbardo.blogspot.com/2019/04/tres-esquinas.html

Volledige vertaling
Nummer